De winter is in volle gang en de kerstdagen staan voor de deur. Voor ons betekent dit vaak een toename in het aantal intoxicaties. Van chocolade tot antivries en van zoutdeeg tot kerstplanten; onze patiënten zijn nieuwsgierig en hebben natuurlijk geen idee wat de gevaren zijn. Tijd om deze risico’s te bespreken en te kijken hoe we ze het beste kunnen aanpakken.
Wat doen we bij een vergiftiging?
Vergiftigingscases blijven lastig, zelfs voor ervaren dierenartsen. Hoe bepaal je de ernst van het probleem, zeker als de eigenaar in paniek binnenkomt? Gelukkig staan we er niet alleen voor. In Nederland is er het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC), een kenniscentrum dat ons 24/7 kan adviseren over toxiciteit, symptomen en behandelingen. Voor onze Belgische collega’s biedt het Antigifcentrum vergelijkbare ondersteuning.
Hun expertise is van onschatbare waarde: niet alles is wat het lijkt. Zo kan een grote hoeveelheid van een bepaald medicijn soms weinig kwaad, terwijl een kleine hoeveelheid van iets anders levensbedreigend kan zijn.
Een goede anamnese
Om snel de ernst van de situatie in te schatten, is het belangrijk de juiste vragen aan de eigenaar te stellen:
- Wie is de patiënt? Denk aan ras, gewicht, leeftijd en eventuele medische geschiedenis.
- Wat is er ingenomen? Vraag specifiek naar ingrediënten en hoeveelheden.
- Hoeveel en hoe lang geleden? Tijd speelt een cruciale rol in de behandeling.
- Zijn er al symptomen? En welke acties zijn al ondernomen door de eigenaar?
Met deze informatie kun je beter inschatten of directe actie nodig is of dat overleg met het NVIC of Antigifcentrum de beste stap is.
Winterse boosdoeners
Chocolade
Een klassieker tijdens de feestdagen. Wij hebben er eerder een heel artikel aan gewijd. Theobromine in chocolade is giftig voor honden en katten, waarbij donkere chocolade het grootste risico vormt. Zelfs kleine hoeveelheden kunnen problemen veroorzaken zoals braken, diarree en in ernstige gevallen hartritmestoornissen.
Antivries
Nog zo’n “old school” vergiftiging en levensgevaarlijk. Ethyleenglycol is een bestanddeel van antivries dat zoet smaakt en daardoor aantrekkelijk is voor onze huisdieren. Zelfs een kleine hoeveelheid kan giftig zijn, en zonder snelle actie kan dit leiden tot ernstige gezondheidsproblemen.
De eerste symptomen, zoals braken, sloomheid en ataxie, kunnen binnen 30 minuten optreden. Als er niet direct wordt ingegrepen, leidt de vergiftiging vaak tot acute nierschade. Ethyleenglycol wordt in het lichaam omgezet in toxische stoffen die de nieren ernstig aantasten, wat kan resulteren in blijvende schade of zelfs nierfalen.
Behandeling:
Snel handelen is dus cruciaal. Ethanol (en fomepizole) kan worden ingezet om de omzetting naar schadelijke stoffen te blokkeren, maar dit moet binnen enkele uren na inname gebeuren. Zodra de nieren aangetast zijn, verslechtert de prognose aanzienlijk. Ondersteunende therapie, zoals IV-vloeistoffen, kan helpen om verdere schade te beperken.
Zout en zoutdeeg
Denk aan strooizout op de wegen en bijvoorbeeld zelfgemaakte zoutdeegdecoraties. Huisdieren kunnen hiervan ernstige gezondheidsproblemen ontwikkelen. Zoutdeeg is een mengsel van bloem, zout en water dat vaak wordt gebruikt voor kerstdecoraties. Door het hoge zoutgehalte kan zelfs een kleine hoeveelheid al schadelijk zijn voor honden en katten.
Symptomen van zoutvergiftiging (hypernatriëmie) zijn onder meer braken, diarree, lethargie, spiertrillingen, toevallen en in ernstige gevallen zelfs coma. Het effect treedt vaak snel op en vereist direct handelen.
Behandeling:
Actieve kool is hier niet effectief omdat zout niet bindt aan de koolstof. Het gaat om het snel stabiliseren van de elektrolytenbalans met IV-vloeistoffen. Monitoring van het natriumgehalte in het bloed is cruciaal, vooral in de eerste acht uur na inname. Hoe eerder de behandeling start, hoe beter de prognose.
Druiven en rozijnen
Druiven en rozijnen lijken onschuldig, maar kunnen bij honden tot acute nierinsufficiëntie leiden. Het exacte toxische bestanddeel is nog niet bekend, maar het risico is groot, zelfs bij kleine hoeveelheden.
Symptomen zoals braken, diarree en lethargie kunnen binnen enkele uren optreden, maar nierproblemen ontwikkelen zich vaak pas later. Dit maakt het cruciaal om preventief op te treden, zelfs als er nog geen symptomen zijn.
Behandeling:
Bij significante inname is het essentieel om braken op te wekken en geactiveerde kool te geven. Herhaalde doses actieve kool en monitoring van nierwaarden zijn vaak nodig. Intravenueuze vloeistoftherapie kan helpen om de nieren te ondersteunen en verdere schade te voorkomen.
Laten braken: wanneer en waarom?
Het opwekken van braken kan een effectieve manier zijn om de absorptie van toxines vanuit het maagdarmkanaal te verminderen, waardoor een systemische intoxicatie voorkomen of minder ernstig wordt. Het succes hangt af van het tijdstip na inname:
- Bij toxines zonder vertraagde opname is braken zinvol binnen 1-2 uur.
- Bij toxines met vertraagde opname (zoals vertraagde-afgiftepreparaten, plantenmateriaal of grote hoeveelheden) kan dit tot 4 uur na inname effectief zijn.
Indicaties:
Braken is zinvol bij blootstelling aan toxines die zonder interventie matige tot ernstige intoxicatie kunnen veroorzaken. Het is belangrijk om een risicobeoordeling te maken en braken alleen toe te passen als de blootstelling substantieel genoeg is.
Contra-indicaties:
Braken mag niet worden opgewekt na inname van corrosieve stoffen, scherpe voorwerpen, schuimende middelen of petroleumproducten. Ook is het bij patiënten met verminderd bewustzijn of neurologische afwijkingen, zoals convulsies, absoluut af te raden vanwege het risico op aspiratie.
Complicaties en bijwerkingen:
Complicaties zoals aspiratiepneumonie of vagale reacties (zoals bradycardie en syncope) kunnen optreden. Bijwerkingen van emetica, zoals apomorfine, zijn zeldzaam, maar kunnen ademhalingsdepressie of bewustzijnsdaling veroorzaken.
Overleg met experts
Bij twijfel is het altijd verstandig om contact op te nemen met het NVIC of Antigifcentrum. Hun up-to-date kennis helpt je om snel en adequaat te handelen, zonder onnodige behandelingen in te zetten.
Contactinformatie (uitsluitend voor veterinaire professionals)
- Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC) Nederland: 088 755 8000
- Antigifcentrum België: 070 245 245