
Mijn naam is Chantal van Schaik en ik ben Europees specialist Oogheelkunde. Ik werk bij Veterinaire Specialisten in Vught. Vanuit mijn ervaring als specialist zie ik regelmatig patiënten met oogproblemen die vanuit de eerstelijnspraktijk worden doorgestuurd. Mijn doel is om jou, als collega, te laten zien dat je met een eenvoudig oogonderzoek vaak al veel kunt bereiken, zonder dat je ingewikkelde apparatuur nodig hebt. In deze serie artikelen op vetlife.nl wil ik je graag meenemen in de wereld van veelvoorkomende oogproblemen en praktische oplossingen.
Deze inhoud is alleen voor veterinaire professionals
Het niet-helend hoornvliesulcus: een frustrerend probleem
Bijna dagelijks zie ik patiënten met een niet-helende hoornvliesbeschadiging. Vaak speelt dit probleem al weken of zelfs maanden, ondanks dat er verschillende therapieën zijn geprobeerd. Meestal begint men met chlooramfenicol oogzalf, een goede eerste keuze. Het is een breedspectrum antibioticum dat werkt tegen de meeste omgevingsbacteriën.
Als de beschadiging na een week nog niet is genezen, zie ik vaak dat de therapie wordt gewijzigd in bijvoorbeeld fucidinezuur oogzalf, Gentamycine oogdruppels of zelfs ofloxacine, een fluoroquinolone oogdruppel. Maar ook dan, na weken van verschillende zalven, is het ulcus soms nog steeds niet genezen. Super frustrerend!
Wat is hier aan de hand?
Meestal hebben we te maken met epitheliale beschadigingen. Dit betekent dat er een fluoresceïne-positief defect is, maar zonder stromaverlies. Dus geen kuiltje of afplatting van de cornea. Zie je zoiets bij je patiënt? Dan weet je dat het om een epitheliale beschadiging gaat.

Een typisch kenmerk is losliggend epitheel. Dit zorgt voor een onregelmatig oppervlak van het hoornvlies, met opkrullende randjes. Vaak zie je dat de fluoresceïne zich fel kleurt in het midden van de beschadiging, terwijl de randen juist lichter van kleur zijn, omdat de kleurstof onder het losse epitheel kruipt. Tip: gebruik de blauwe lamp van je directe opthalmoscoop in een donkere ruimte om het kleurverschil goed te kunnen zien. Soms zijn bloedvaten aanwezig; dit is secundaire wondgenezing en deze ontstaan als een ulcus al langere tijd aanwezig is.
De oplossing: verwijder het losse epitheel
De juiste therapie bestaat niet uit het steeds veranderen van antibioticum oogzalf of druppels, maar uit het verwijderen van het losliggende epitheel. Dit weefsel is namelijk niet meer levensvatbaar en stagneert de wondgenezing.
Je kunt dit zelf verwijderen door na lokale verdoving de gehele cornea te behandelen met een wattenstaafje of diamantboortje. Dit heet curettage. Het klinkt misschien spannend, maar je moet echt het hele hoornvlies behandelen en niet alleen rondom het ulcus. Het hechtingsprobleem zit namelijk over het hele hoornvlies, niet alleen bij het ulcus. Het kan zijn dat het ulcus na de behandeling groter lijkt, maar dat is geen probleem, zolang de wondranden mooi zijn aangehecht. Van daaruit kan de celdeling starten en zal het ulcus dichtgroeien.
Soms moet je de behandeling herhalen als de hechting wederom niet goed is of als niet al het afwijkende weefsel in één keer is verwijderd.
Let op het verschil: epitheliaal of stromaal?
Het blijft belangrijk om goed onderscheid te maken tussen een epitheliaal defect en een dieper stromaal defect. Als je een afplatting of kuiltje in het hoornvlies ziet, gaat het om een stromale beschadiging. In dat geval is curettage niet aan te raden, omdat je dan meer schade veroorzaakt dan nodig.
De nabehandeling
Zorg ervoor dat de patiënt een halskraag draagt om schuren met de kop te voorkomen. Dit kan de hechting van de nieuwe epitheelcellen verstoren. Ga door met een breedspectrum antibioticum zoals chlooramfenicol oogzalf, vier keer per dag, en voeg een pijnstiller/ontstekingsremmer toe. Om de wondgenezing verder te stimuleren, kun je aanvullend oraal doxycycline geven.
Nog steeds geen genezing?
Lukt het ondanks al je inspanningen nog steeds niet? Super frustrerend, maar geen zorgen! Een oogarts in de buurt kan je dan verder helpen ;-).
Houd oog voor de dieren!
Groeten Chantal